Nederlandse naam:
Dennenschorswants
Wetenschappelijke naam:
Aradus cinnamomeus

Wetenschappelijke naam: Aradus cinnamomeus
Synoniemen: –
Nederlandse naam: Dennenschorswants
Taxonomische indeling: Hemiptera (Heteroptera): Aradidae

Beschrijving en levenscyclus:
De schorswantsen (Aradidae, Heteroptera) zijn platte, eivormige insecten, met korte dikke poten en sprieten. Hun ogen zijn uitgestulpt. Trage dieren die zich, onder schorsplaten of in schorsspleten, voeden met sappen van hout- en bastcellen. De verbreiding van deze soort is praktisch wereldwijd.

Adult: De wants is 3,5 – 4,5 mm lang, roodbruin tot grijsbruin, sprieten vierledig, gevleugelde en ongevleugelde vormen. Het mannetje heeft spatelvormige vleugels. De wants heeft een draadvormige zuigsnuit, tot ca. 2 cm lang, in rust als horlogeveer opgerold onder uitstulping aan voorzijde van de kop.

Larve: Als de adult. Aanvankelijk rood, later lichtbruin; vleugelloos.

De aan de stambasis overwinterende wantsen worden reeds in maart actief. Ze leggen de roodgekleurde eitjes verspreid aan stam en takken. Het roodgekleurde larfje verschijnt vanaf eind april. De volwassen dieren sterven in juli. In de herfst gaan de dan halfvolwassen larven naar de stambasis en het strooisel voor overwintering. In maart – april verspreiden de larven zich weer over de boom om zich met bast- en houtcelinhoud te voeden. De schade is dan het grootst. In juli – augustus bereikt de larve het volwassen stadium. De levenscyclus duurt twee jaar, waarbij in de even jaren hoofdzakelijk volwassen dieren, eitjes en jonge larven worden aangetroffen en in de oneven jaren de halfvolwassen larven met in het najaar de volwassen dieren.

Type aantasting:
Zuigen in de bast van stam en takken.

Waardplanten:
Pinus en Larix.

Aangetaste plantendelen:
Stam en takken.

Aantastingsbeeld:
De wantsen en larven zuigen aan de bast- en houtcellen van de stam en takken, waardoor de naalden verkleuren en later afvallen.

Mogelijke verwarring met andere aantastingen:
Het schadebeeld is weinig specifiek. Daarnaast zijn de kleine platte wantsen door hun schutkleur onder de bastplaten moeilijk te vinden.

Schade:
Aantastingen door de dennenschorswants, zichtbaar aan dennen van acht jaar en ouder, worden gewoonlijk aangetroffen in opstanden met wijd verband op oude heideterreinen. Door de aantasting kan de lengtegroei stagneren.

Verspreiding en frequentie van aantasting:
De wants komt in Nederland algemeen voor en treedt af en toe plaatselijk massaal op. In het verleden werd topsterfte bij Corsicaanse den in Noord-Brabant toegeschreven aan het optreden door de dennenschorswants.

Bestrijding:
Bij in wijd verband geplante dennen kan men de schade door de dennenschorswants aanzienlijk beperken door er bijvoorbeeld eiken- en berkenopslag te sparen en door aanleg van berkensingels.