Wetenschappelijke naam: Erwinia nimipressuralis
Synoniemen: —
Nederlandse naam: Bloedingsziekte, slijmvloed, ‘natte kern’.
Taxonomische indeling: Bacteria
Beschrijving en levenscyclus:
De bacterie is een van de Bacteria die betrokken zijn bij het zgn. bloeden of de ‘natte kern’ van bomen. De bacteriekolonie leeft in het centrale gedeelte van de stam in het aldaar aanwezige vocht. Daarbij wordt onder meer methaangas en koolzuurgas gevormd. Hierdoor ontstaat een druk waardoor er door aanwezige scheuren en snoeiwonden vocht naar buiten wordt geperst. In dit vocht ontwikkelen zich vervolgens weer andere micro-organismen (schimmels en gisten), waardoor onder de plaats waar het vocht uittreedt een baan ontstaat van variabele kleur. Ook kan dit vocht terechtkomen in de opwaartse sapstroom van de boom waardoor er in bepaalde gedeelten van de kroon bladvergeling, soms (tijdelijke) bladverwelking en een geringere bladbezetting optreedt. Dit beeld treedt echter slechts incidenteel op en varieert per jaar.
Over de levenswijze van de bacteriën alsmede de verspreiding en de infectie alsmede de condities voor hun voortbestaan in de boom is nog weinig bekend. Wel komt de ziekte doorgaans vaker voor bij bomen op de nattere gronden dan bij bomen op de drogere gronden.
Type aantasting:
Verwelkingziekte.
Waardplanten:
Een brede scala aan waardplanten maar vooral op populier (Populus), wilg (Salix), iep (Ulmus) en paardekastanje (Aesculus). Op naaldhout komt ze niet of nauwelijks voor.
Aangetaste plantendelen:
Stam en takken.
Aantastingsbeeld:
De aantasting treedt als regel op bij al wat oudere bomen (vanaf ca. 15 jaar oud) en kenmerkt zich door een slijmvloed op de bast van stam en takken onder plekken (zoals snoeiwonden en vorstscheuren) waar vocht naar buiten treedt. Het vocht heeft een wat zurige geur. Een enkele maal kunnen er in gedeelten van de kroon van de aangetaste bomen afwijkingen voorkomen zoals bladvergeling, verwelking of slecht ontwikkelde bladeren.
Soms is de stam op of in de buurt van de aantastingplaats enigszins verdikt.
Mogelijke verwarring met andere aantastingen:
Geen.
Schade:
Aangetaste bomen sterven zelden af en de ontwikkeling blijft doorgaans bevredigend. De schade is daarom als regel beperkt. Door de vorming van plaatselijke verdikkingen in de stam kan echter verlies van houtwaarde optreden. Het hout zelf wordt echter niet aangetast c.q. gedegradeerd (zoals bij houtrot veroorzakende schimmels het geval is).
Verspreiding van de ziekte:
In Nederland komt de aantasting algemeen voor.
Bestrijding:
Teelt: Bomen liefst niet aanplanten in permanent natte situaties c.q. gebieden met hoge
grondwaterstanden;
Sanitair: —
Chemisch: Geen praktische en ook geen haalbare optie.
Aanvullende opmerkingen:
Soms wordt geadviseerd om de druk in een aangetaste plek te verminderen door het inbrengen van ontwaterings- c.q. ontluchtingsbuisjes. Over het nut en de noodzakelijkheid daarvan bestaat echter controverse. Enerzijds omdat de stevigheid van stam en takken door de aantasting niet in gevaar wordt gebracht, anderzijds omdat door een dergelijke behandeling de kans op aantasting door houtparasitaire schimmels aanmerkelijk wordt vergroot. Daarentegen wordt echter gesteld dat door de behandeling de kans op het optreden van kroonafwijkingen wordt verminderd en dat het milieu waarin de bacteriekolonie zich handhaaft (zuurgraad) ongeschikt is voor de vestiging van schimmels.