ABIOTISCHE AANTASTINGEN: MANGAANGEBREK
Symptomen:
Mangaangebreksverschijnselen uiten zich doorgaans als lichtgroene tot geelgroene vlekken tussen de nerven van de oudere bladeren. In tegenstelling tot de bladvergeling die optreedt bij ijzer- of magnesiumgebrek komt het zelden of nooit tot helder vergelingspatroon of necrotische plekken in het bladweefsel tussen de nerven. Ook in de groei van de boom is doorgaans geen opvallende vertraging waarneembaar.
Mogelijke verwarring met andere aantastingen:
– Ijzergebrek;
– Magnesiumgebrek;
– Virusziekte.
Schade:
De schade is doorgaans gering. Mangaangebrek leidt in de praktijk zelden tot substantiële groeivertraging van de boom.
Voorwaarden voor het optreden van de aantasting:
Mangaangebrek komt eigenlijk alleen voor op kalkrijke gronden c.q. gronden met een hoge bodem-pH en dan vooral bij boomsoorten die van nature niet op kalkrijke gronden voorkomen. Het komt vaak voor in combinatie met ijzergebrek.
Diagnose:
Diagnose op basis van de symptomen is soms lastig vanwege de gelijkenis met lichte ijzer- of magnesiugebreksymptomen (of een combinatie daarvan). Aan de hand van een chemische bladanalyse kan het bladmangaangehalte worden vastgesteld. De grenswaarde waaronder sprake is van mangaangebrek verschilt per boomsoort en varieert voor loofbomen tussen ca.10 en 20 à 25 mg Mn per kg droge stof. Grenswaarden voor naaldbomen zijn nog onvoldoende bekend omdat mangaangebrek bij naaldbomen in Nederland nog niet is waargenomen.
Bestrijding:
Mangaangebrek kan als regel worden vermeden door het gebruik van hoge pH tolerante soorten op kalkhoudende bodems. In de kwekerij kan in incidentele gevallen bemesting met een mangaanmeststof worden overwogen.
Aanvullende opmerkingen:
—