Nederlandse naam:
Plataankruikje; Massariaziekte
Wetenschappelijke naam:
Splanchnonema platani

Wetenschappelijke naam:                    Splanchnonema platani

Synoniemen:                                        Massaria platani; Macrodiplodiopsis desmazieri

Nederlandse naam:                              Plataankruikje; Massariaziekte

Taxonomische indeling:                      Ascomycota; Pleosporales

Beschrijving en levenscyclus:

De ziekte kenmerkt door de aanwezigheid van een aaneengesloten langwerpige bastnecrose aan de bovenzijde van de takken, vooral in de buurt van de stambasis en tot aan de takaanzet. Op de necrose, of op het daaronder gelegen hout dat bloot is komen te liggen nadat de dode bast er is afgevallen, ontwikkelen zich talrijke kleine (0,5 – 1mm), puntvormige tot ronde bruinzwarte  vruchtlichamen (ascomata). Deze vormen de sporen waarmee de schimmel zich via de lucht verspreidt. Vanuit de bast tast de schimmel vervolgens het hout aan dat als gevolg daarvan zijn stevigheid verliest.

Het blad van de aangetaste takken is vaak geler en kleiner dan normaal, maar dit kan ook worden toegeschreven aan het feit dat een aantasting beperkt blijft tot takken die reeds verzwakt zijn.

Type aantasting:

Houtparasitaire schimmel; bastnecrose

Waardplanten:

Soorten van het geslacht Platanus, zoals de Platanus x hispanica en de Platanus orientalis.

Aangetaste plantendelen:

De aantasting beperkt zich voornamelijk tot de (zwaardere) takken in het onderste gedeelte van de kroon, maar de schimmel wordt ook aangetroffen op de lichtere takken. 

Aantastingsbeeld:

Omdat de aantasting zich voornamelijk ophoudt aan de bovenzijde van de takken komt deze pas aan het licht wanneer de boom ook op deze plekken specifiek wordt geïnspecteerd of wanneer aangetaste takken afbreken. Een afgegrendelde aantasting is soms herkenbaar aan de verdikkingen aan weerszijden van de necrose. Blad van verminderde kwaliteit (gelig, kleiner dan normaal) kan een bijkomende aanwijzing zijn (en een signaal voor nader onderzoek). In meer vitale takken wordt uitbreiding van de schimmel soms afgegrendeld via een vaak wigvormig patroon (‘taartpunt’) vanuit het centrum van de tak en zijn aan de zijkanten van de necrose banen van overgroeiingsweefsel zichtbaar. 

Mogelijke verwarring met andere aantastingen:

– Het aantastingsbeeld is vrij specifiek voor Massaria.

Ceratocystis fimbriata f. platani

Schade:

De ziekte verspreidt zich niet verder in de stam en de schade blijft beperkt tot breuk van aangetaste takken nabij de takaanzet. Vanuit veiligheidsoverwegingen kunnen aangetaste takken worden verwijderd.

Verspreiding van de ziekte:

In Nederland komt de ziekte sinds begin deze eeuw lokaal algemeen voor.

Bestrijding:

Teelt:         Bomen in een goede conditie houden.

Sanitair:     Het snoeien van aangetaste takken is niet noodzakelijk, tenzij om reden van   (verkeers)veiligheid of om cosmetische redenen. 

Chemisch: Geen optie.

Aanvullende opmerkingen:

De schimmel werd in het verleden beschouwd als saprofyt (die alleen dood hout afbreekt) maar blijkt tóch enigszins parasitair te zijn, althans als zgn. gelegenheidsparasiet (‘zwakteparasiet’). Begin deze eeuw kwam hij in Nederland onder de aandacht, in het kader van de discussies rond de uitvoering van  boomveiligheidcontrôles. 

Afbeeldingen: