Nederlandse naam:
Waaiertje
Wetenschappelijke naam:
Schizophyllum commune

Wetenschappelijke naam: Schizophyllum commune
Synoniemen: —
Nederlandse naam: Waaiertje
Taxonomische indeling: Basidiomycetes; Aphyllophorales

Beschrijving en levenscyclus:
In de loop van het groeiseizoen ontstaan op de stam en takken van de boom schelp- tot waaiervormige, vaak gelobde hoeden met een doorgaans zijdelings aangehechte, korte steel. De bovenzijde is bedekt met een harig, grijswit tot licht purper dons, dat tot over de rand uitsteekt. De hoeden zijn 1 tot 4 cm in doorsnee.
De onderzijde, waar zich de lamellen bevinden is bleek vleeskleurig tot violetgrijs van kleur. De schimmel is eenjarig en komt het meest voor als saprofyt op reeds afgestorven takken en stammen van (gevelde) bomen.

Type aantasting:
Saprofytaire, soms (matig) houtparasitaire, houtrot veroorzakende schimmel.

Waardplanten:
Diverse loofboomsoorten.

Aangetaste plantendelen:
Stam en takken.

Aantastingsbeeld:
Aan de buitenzijde van de boom zijn, meestal in groepen enigszins rondom de stam van de boom, tot op meerdere meters hoogte alleen de waaiervormige vruchtlichamen aanwezig.

Mogelijke verwarring met andere aantastingen:
Geen.

Schade:
De schimmel veroorzaakt een houtrot in zowel het hout van bomen die reeds door andere oorzaken sterk zijn verzwakt. Bij gezonde bomen komt het zelden tot ernstige rot van enige omvang en de schade is doorgaans beperkt. Aangetast stamhout, bedoeld als zaaghout, dat in vochtige omstandigheden wordt bewaard kan door de schimmel worden gekoloniseerd en aangetast waardoor het in waarde vermindert.

Verspreiding van de ziekte:
In Nederland komt de aantasting algemeen voor.

Bestrijding:
Teelt: Zorgen voor goede groeiplaatscondities van de bomen.
Sanitair: Niet nodig vanwege de geringe infectiedruk op overigens gezonde bomen.
Chemisch: Geen praktische optie.

Aanvullende opmerkingen:
De schimmel is in het openbaar groen in Nederland, in verhouding tot de “agressievere” zwamaantastingen praktisch van weinig betekenis.