Wetenschappelijke naam: Sus scropha
Synoniemen: –
Nederlandse naam: Wild zwijn
Taxonomische indeling: Mammalia: Suidae
Beschrijving en levenscyclus:
De familie van zwijnen, Suidae, zijn niet herkauwende eenhoevigen zonder gewei of horens.
Wild zwijn is zwaar, donkergekleurd en borstelig dier met vooral bij mannetjes grote, naar boven gerichte slagtanden. Vrij vaak kleurvariaties. Penetrante geur. Lichaamslengte 1,10 – 1,55 m; staartlengte 15 – 20 cm; schouderhoogte 85 – 95 cm; gewicht mannetje 50 – 185 kg, vrouwtje 35 – 160 kg.
Biotoop: Vooral gemengde loofbossen met ondergroei, met meertjes, moeras en wei- of bouwland in de omgeving.
Gedrag: Overwegend nachtdier. Zoekt overdag gaarne zonnige of warme rustplaatsen op. Vlug en behendig en zonodig zeer snel; wisselt dikwijls van standplaats. Oude mannetjes leven solitair of in kleine groepen. De vrouwtjes leven met de jongen in kleine tot vrij grote groepen. Geen territoriaal gedrag. Zwemt goed en wentelt graag in de modder. Maakt een soort nest in een uitgeholde plaats.
Type aantasting:
Omwoelen jonge boompjes.
Waardplanten:
Loof- en naaldhout
Schade:
De soort kan jonge aanplant vernielen.
Verspreiding en frequentie van aantasting:
In Nederland in een beperkt aantal gebieden (Veluwe, Meynweg) aanwezig.
Bestrijding:
Geen bijzonderheden.