Nederlandse naam:
Pruimenspinselmot
Wetenschappelijke naam:
Yponomeuta evonymellus

Wetenschappelijke naam: Yponomeuta evonymellus
Synoniemen: Yponomeuta padi; Hyponomeuta
Nederlandse naam: Pruimenspinselmot
Taxonomische indeling: Lepidoptera: Yponomeutidae

Beschrijving en levenscyclus:
De spinselmotten (Yponomeutidae) zijn kleine vlinders met witte of lichtgrijze voorvleugels, waarop vele zwarte puntjes. Achtervleugels zijn grijs of bruin. Het lichaam is slank met vrij lange poten. De geelgroene of grijze rupsen met rijen zwarte punten leven onder een gemeenschappelijk taai spinsel langs bladeren, twijgen en vaak ook langs de stam.

Adult: met zijn vleugelspanwijdte van 23 – 25 mm is de vlinder groter dan de meidoornspinselmot, Yponomeuta padellus. Zijn voorvleugels zijn parelwit met witte haartjes en vijf of zes in de lengte lopende rijen van zwarte stippen. Achtervleugels zijn donker grijs.

Larve: 15 – 20 mm lang. Groenachtig grijs met zwarte stippen over het hele lichaam. Ze spinnen dichte, halfdoorzichtige spinselnetten.

Pop: in afwijking tot de meidoornspinselmot, Yponomeuta padellus, verpopt deze soort in witte, semi-doorzichtige cocons die in aparte clusters met behulp van de larvale spinselnetten worden gesponnen.

De soort is niet zeldzaam en plaatselijk elk jaar talrijk. De vlinder verschijnt in juli en augustus. Het vrouwtje zet haar eitjes in rijen dakpansgewijs in groepjes af die op schubben lijken, op twijgen en dunne takken van haar voedselplanten. De eitjes worden met een gelatine achtige substantie bedekt die snel tot een soort beschermende laag verhardt. De larven komen 2 – 3 weken later uit. De jonge rupsjes blijven gedurende de winter onder een eikapsel bij elkaar tot in het voorjaar en mineren aanvankelijk de bladeren. Ze kunnen zeer goed lage temperaturen verdragen. De rupsen hervatten hun gemeenschappelijke vraat aan bladeren weer in mei van het navolgende jaar. Dan bouwen ze een gemeenschappelijk spinsel waarin ze leven. Ze blijven tot juni binnen hun spinselnet en gaan ze dan verpoppen. De poppen blijven eveneens binnen het gemeenschappelijke spinselnet. De vlinders verschijnen enkele weken later. De levenscyclus van deze soort is éénjarig.

Type aantasting:
Mineren van en vreten aan bladeren.

Waardplanten:
De soort is in Prunus padus gespecialiseerd.

Aangetaste plantendelen:
Bladeren.

Aantastingsbeeld:
De voedselplanten worden door de spinselnetten en binnen de spinsels beschadigde en dode bladeren ontsierd.

Mogelijke verwarring met andere aantastingen:
De soort kan verward worden met andere Yponomeuta-soorten.

Schade:
De bomen kunnen door herhaalde aantastingen worden verzwakt.

Verspreiding en frequentie van aantasting:
De soort is algemeen in Nederland en plaatselijk talrijk.

Bestrijding:
De spinsels kunnen worden uitgeknipt en verbrand. Het beste tijdstip is vroeg in het voorjaar, wanneer de spinselmot nog niet zo talrijk is.